‘Een reis door de krochten van de ziel’
Door Marlies Vording
Santpoort-Zuid
Angsten, overgewicht, rookgedrag of slapeloosheid. Maar ook medische klachten zoals een prikkelbare darm, fibromyalgie of migraine kunnen verholpen worden door hypnotherapie. Ans Meijer helpt dagelijks cliënten van hun struikelblokken, problemen en slechte gewoontes af door middel van hypnotherapie. ,,Het is een krachtig instrument waar je voorzichtig mee om moet gaan.’’
Wie bij hypnose denkt aan televisieshows waarbij iemand uit het publiek de gekste dingen doet als hij of zij eenmaal in trance is, zit er volgens Meijer helemaal naast. Dat is maar bij pakweg een procent van de mensen mogelijk. Op tv weten programmamakers die mensen er met een paar simpele testjes uit te pikken. In haar praktijk maakt Meijer gebruik van andere methodes. ,,Je gaat met het onderbewuste van iemand aan de slag. Je bent tijdens de sessie niet weg, maar meer gefocust’’, benadrukt ze. ,,Van sommige technieken dacht ik van tevoren ook, yeah right.’’ Bijvoorbeeld de emotie-vervangtechniek: een negatieve emotie maakt plaats voor een positieve. ,,Je volgt het gevoel en stuit dan vaak op clusters van gevoelens die aan elkaar vastzitten. Die komen vaak uit de vroege jeugd.’’
Meijer is van huis uit levensmiddelentechnoloog en werkte jarenlang in de commercie. Bijvoorbeeld als ’category manager’ bij grote bedrijven als Ahold. ,,Eigenlijk vond ik dat heel erg leuk.’’ Door haar analytische en doelgerichte instelling wist ze vaak precies hoe ze het snelst van A naar B kwam. ,,Maar ik had daarbij geen idee of de rest wel meeging. Niet zo handig.’’
Dus besloot ze een cursus Neuro Linguistic Programming (NLP) te gaan volgen. Die methodiek gaat ervan uit dat elk ongewenst gedrag voortkomt uit je eigen overtuigingen. Kortom: verandering begint bij jezelf. ,,Dat heeft me veel gebracht. Ik heb geleerd dat niet iedereen op werk naar een doel toe wil.’’
Op een congres kwam Meijer jaren geleden per toeval iemand tegen die zich bezighield met hypnose. In eerste instantie was Meijer sceptisch, maar toch besloot ze een bijeenkomst bij te wonen. ,,We moesten oefeningen doen bij elkaar. In een weekeinde had ik al iemand van het nagelbijten af geholpen en een ander van zijn afkeer van groene groenten.’’ Ze volgde verschillende cursussen om de kneepjes van het vak te leren, waaronder ook medische hypnotherapie – een techniek die door steeds meer ziekenhuizen wordt ingezet.
Een paar jaar geleden gooide Meijer het stuur radicaal om nadat haar man Gerard overleed. ,,Ik was mijn maatje kwijt. Dat was voor mij het moment dat ik dacht: dit pad ga ik niet meer belopen.’’ Ze stopte met haar baan en begon een eigen praktijk, in het tuinhuisje waar haar man zijn carrière jaren geleden begon.
Onder hypnose ging ik terug naar mijn kindertijd
Zodra ik een ballon zie – zeker in combinatie met spelende kinderen – loop ik het liefst heel hard door. Al jaren vraag ik me af hoe dat komt. Waar ligt de wortel van mijn vreemde fobie? Bij Ans Meijer in Santpoort-Zuid ga ik onder hypnose om korte metten te maken met mijn irreële angst.
Op een druilerige dinsdagmiddag in februari sta ik bij de hypnotherapeut op de stoep. Eerlijk toegegeven: van tevoren ben ik best een beetje nerveus. Stel dat de hypnose werkt, dan bestaat de kans dat je nare schimmen uit je verleden tegen het lijf loopt die je allang was vergeten. Mijn nieuwsgierigheid lijkt echter zwaarder te wegen dan die angst. Wat gebeurt er als je onder hypnose bent? Daarnaast ben ik ook sceptisch. Werkt zoiets überhaupt wel bij mij? Is het niet allemaal een broodje aap? Terwijl verschillende gedachten en scenario’s door mijn hoofd schieten, opent een frêle, blonde vrouw glimlachend de deur. ’Marlies, toch?’
De praktijkruimte van Ans bevindt zich in een tuinhuisje achter haar woning. Ik neem plaats op een trendy leunstoel waar een zacht kleedje van namaak dierenvacht op ligt. Ans zit recht tegenover me en vraagt me een bepaalde houding aan te nemen. Ik moet mijn rechter ellenboog op mijn been zetten en mijn onderarm omhoog steken, met een gebogen pols. Een soort zwanenhals. Als ik goed zit, geeft Ans mij een nieuwe opdracht. Met mijn ogen dicht tel ik in mijn hoofd terug van 100 naar 0, met tussenpozen van 3. ’Onderbewuste van Marlies’, klinkt de rustige stem van de therapeut. ’Je doet het goed. Je doet het fantastisch.’
Minutenlang gaat dat door. Aan het begin vind ik het allemaal wat raar en ongemakkelijk. Maar dan is daar vrij plotseling het moment dat ik bijna in slaap val. Mijn hoofd is leeg en ik hoor alleen nog de woorden die uit de mond van de therapeut komen. Ze vraagt me mijn pols verder te buigen. Ik voel mijn lichaam bewegen, terwijl ik niet het gevoel heb dat mijn brein die beweging aanstuurt. Even later leun ik achterover in de stoel en doe ik op Ans’ commando mijn ogen open en dicht. Met gesloten oogleden stel ik mij een lift voor. Die lift gaat naar beneden, naar verdieping A. ’Lager en lager…’.
Eenmaal beneden vraagt de therapeut naar mijn laatste nare ervaringen met ballonnen. Twee gevallen stonden me op voorhand al goed bij: eentje in de Mc Donald’s, de ander in de trein. Beide keren waren jonge kinderen met ballonnen aan het spelen en voelde ik me onrustig.
Maar dan wil Ans naar een diepere herinnering. ’Ojee’, denkt mijn bewuste brein. ’Die heb ik helemaal niet.’ Mijn onderbewuste denkt daar anders over. ’Het is donker’, hoor ik mijzelf zeggen. Of nouja, mijzelf? Het voelt bijna alsof iemand anders aan het woord is. Ineens ben ik zes jaar oud en zit ik op de zolder van mijn ouderlijk huis te spelen met mijn broers, Jan en Edi. Kennelijk ben ik bang. ’Er is geen licht’, klinkt het uit mijn mond. ’Hoe zou je dat op kunnen lossen?’, vraagt Ans. Ik besluit Edi in te schakelen om een zaklamp te zoeken. Tussen alle troep op zolder – of specifieker: ’kampeermatjes, slaapzakken, en tentharingen’ – kan hij die niet vinden. ’Stel je voor dat je Edi bent. Wat doe je dan?’ Plotseling sta ik in de schoenen van een vierjarig, blond jongetje. ’Aan mama vragen.’ Mijn bewuste brein grijpt even in. ’Mama? Dat zou ik normaal nooit zeggen’, denk ik. Gek genoeg zeg ik daar niets over. In plaats daarvan komt mama naar zolder om kleine Marlies gerust te stellen. Maar daar is de zesjarige versie van mijzelf het kennelijk niet mee eens. ’Dan is het niet spannend meer.’ Dus komt mijn moeder met een goede oplossing: een nachtlampje. Vervolgens omhelst mijn huidige ik het zesjarige meisje. Eind goed, al goed, toch?
De sessie zit er dan nog niet op. Het slechte gevoel moet worden vervangen door een fijne emotie. ’Wat is je meest positieve herinnering?’ Ik denk – nog altijd met gesloten ogen – terug aan het moment dat ik een vast contract kreeg bij deze krant. De kleur die ik daar het meest mee associeer? ’Geel’, klinkt het vastberaden. Weer ben ik verbaasd: normaal zou ik voor groen kiezen. Bij mijn meest liefdevolle herinnering komt een vakantie naar Corfu met mijn moeder omhoog en de meeste ’verbinding’ voel ik kennelijk met mijn drie broers. Hoewel het in mijn hoofd rustig en stil is, voel ik me emotioneel. Bij de volgende vraag – mijn meest humoristische ervaring – denk ik aan mijn beste vriendin. Er verschijnt een lach op mijn gezicht. Ans vraagt me om de vingertopjes van mijn duim en wijsvinger naar elkaar toe te brengen. Dat wordt mijn ’anker’: als ik in het vervolg die beweging maak , vult mijn lichaam zich met positieve emoties, is de gedachte. Ik voel mijn oogleden heel snel trillen.Dan telt Ans af. Ik open mijn ogen en ga rechtop zitten. Het vreemde is dat ik precies weet wat ik heb gezegd, maar geen idee heb waar mijn antwoorden vandaan komen. Of ik van mijn fobie af ben? Dat moet de tijd uitwijzen. Normaal gesproken zijn er drie sessies nodig om dat te bewerkstelligen. Maar tijdens de reis door de lagen van mijn bewustzijn heb ik in ieder geval een hoop geleerd over mijzelf.
je kunt het artikel hier lezen in het Haarlems Dagblad: https://www.haarlemsdagblad.nl/cnt/dmf20200228_88753255/ballonnenfobie-een-reis-door-de-krochten-van-mijn-ziel?utm_source=google&utm_medium=organic